Pilot COPD met Stichting KOEL

St. KOEL heeft in de tweede helft van 2008 huisartsenpraktijken de mogelijkheid geboden te participeren in een visitatieproject uitgevoerd door Partner in Zorg. Het doel was om inzicht te verkrijgen van de huidige stand van zaken omtrent de organisatie van de COPD zorg in de huisartsenpraktijk.

Door het inventariseren en analyseren van de huidige praktijkvoering op het gebied van de COPD zorg kon een plan van aanpak voor een verbetertraject geformuleerd worden.

De visitatie bestaat uit een intakegesprek van ongeveer anderhalf uur. Daarnaast worden er één of meerdere consulten van huisarts of POH bijgewoond. Van te voren worden de vragenlijsten en het observatieformulier toegestuurd zodat de huisarts en praktijkmedewerkers zich kunnen voorbereiden. Binnen een week ontvangt de praktijk een rapportageverslag met een stappenplan met aanbevelingen om verbeteringen te realiseren.

Er worden afspraken gemaakt over de invulling van het plan van aanpak en de wijze waarop de verbeteringen aangepakt gaan worden. St. KOEL is vervolgens met de deelnemende praktijken in overleg gegaan welke activiteiten ondernomen moeten worden om de verbeterplannen uit te kunnen voeren. Het project is in 2009 vervolgd bij de volgende groep huisartsen.

De aan de pilot deelnemende huisartsen hebben de visitatie als zeer positief ervaren, dit gold voor zowel de beginnende als de gevorderde praktijken.
N.B. Inmiddels is de opzet zoals hierboven beschreven, efficiënter vormgegeven.

Leergang Astma COPD zorg in de huisartsenpraktijk

Partner in Zorg heeft een traject ontwikkeld voor de implementatie en ondersteuning van de astma-COPD zorg binnen de huisartsenpraktijk. Dit traject biedt de huisarts de mogelijkheid om een categoraal spreekuur Astma-COPD Zorg op te zetten.

Het doel van deze leergang is om medewerkers in de huisartsenpraktijk meer organisatiekunde, kennis en vaardigheden aan te reiken, zodat de huisarts, praktijkondersteuner of doktersassistente in staat is om de praktijkorganisatie in de 1e lijn kwalitatief te verhogen. Hierdoor wordt uiteindelijk de organisatie rondom de zorg voor patiënten met astma/COPD verbeterd. Daarnaast wordt de unieke mogelijkheid geboden om tijdens of na het volgen van de leergang gebruik te maken van begeleiding op de werkplek.

Uit ervaring en de evaluaties onder de huisartsen en praktijkmedewerkers is gebleken dat de leergang:

  • aansluit op de vraag;
  • concrete handvatten biedt;
  • een vervolg is op al aanwezige kennis;
  • deze kennis uitgebreid wordt;
  • organisatiekunde en vaardigheden aanreikt;
  • de praktijk stapsgewijs begeleid wordt om zelfstandig astma en COPD spreekuren uit te voeren conform de vigerende richtlijnen.

Projectmanagement

Partner in Zorg biedt een gezondheidscentrum ondersteuning bij het ontwerpen en uitvoeren van vier zorgprogramma's. Deze zorgprogramma's vormen de basis voor het zorgaanbodplan van alle disciplines in het gezondheidscentrum.

Dit plan vormt een onverbrekelijk onderdeel van de 'overeenkomst geïntegreerde eerstelijns zorg' die eerstelijns-centra met zorgverzekeraars sluiten en bevat naast de te leveren/ ontwikkelen zorgprogramma's, zorgproducten en prestatieafspraken door het centrum ten aanzien van de zorg en dienstverlening binnen het centrum, ook samenwerkingsafspraken. De coördinatie van de verschillende werkgroepen loopt naar wens en de uitvoering van de zorgprogramma's vindt, volgens schema, plaats. 

Onderzoek kwetsbaarheid bij ouderen

De huisartsen van een Gezondheidscentrum wilden inzicht verkrijgen in de kwetsbaarheid van de groep 90-plussers in hun patiëntenpopulatie zodat de zorg geboden kan worden die zij nodig hebben.

In eerste instantie is een deel van de zelfstandig wonende ouderen, namelijk de 90-plussers, door de eigen huisarts uitgenodigd om deel te nemen aan het onderzoek. Het gaat hierbij om ouderen die niet voldoende in beeld zijn bij de huisarts op lichamelijk, psychisch en/of sociaal gebied. Een deel van deze ouderen komt weinig bij de huisarts. De huisartsen herkenden de gepresenteerde uitkomsten en zien aangrijpingspunten waarop zij op kunnen interveniëren.